Vanwege zijn enorme explosiviteit lijkt Timothy Beck geboren voor de sprint. Toen hij op zijn 10e begon met atletiek was dat een logische keus. Timothy excelleerde op de 60 en 100 meter sprint. Afstanden waarop hij later in zijn carrière Nederlands kampioen op werd.
Na de Olympische Winterspelen van 1998 benaderde Arend Glas Timothy om zijn talenten bij het bobsleeën te gebruiken. Ook daar draait het bij de start om kracht en explosiviteit. Dat bleek zo’n succes dat hij zijn aandacht verlegde naar het bobsleeën. De Spelen van 2002 haalde hij met Team Glas, waarop een 17e plaats in de viermansbob werd behaald. Het bobsleeën bracht hem niet altijd datgene wat hij ervan had verwacht. Timothy werd ook uitgenodigd voor het estafetteteam op de 4 x 100 meter. Hij was in de ogen van de atletiektrainer de ideale starter. Het bracht hem een 3e plaats op het WK en kwalificatie voor de Olympische Zomerspelen in 2004.
In 2009 werd hij wederom gevraagd om met het bobsleeteam deel te nemen aan aan de Olympische spelen in Vancouver. Maar door onzekerheid bij de stuurman van de slee kwam hij die spelen niet in actie. Wel werd Timothy Beck mede door zijn prestaties en topsportmentaliteit op de Olympische Zomer- en Winterspelen door chef de mission Henk Gemser gevraagd om bij de openingsceremonie de vlag te dragen. Een eer die hij met beide handen aangreep.
