Maurits Hendriks richtte zich al tijdens zijn studies rechten en communicatie op het trainerschap. Als twintiger ging hij op eigen kosten naar het buitenland, met als doel het vergaren van zoveel mogelijk hockeykennis. Na een rol als assistent coach kreeg Maurits in 1995 de kans om op eigen benen te staan bij HGC uit Wassenaar. Hij wist dat jaar direct landskampioen te worden met HGC.
Daarnaast werd hij assistent van bondscoach Roelant Oltmans bij het Nederlands herenteam. In drie jaar tijd wonnen zij de Champions Trophy en werden ze zowel Wereld- als Olympisch Kampioen. Toen Roelant Oltmans in 1998 stopte, volgde Maurits Hendriks hem als bondscoach op. Een grote uitdaging stond hem te wachten. Nederland was al het beste team ter wereld en aan de top blijven blijkt in praktijk een grotere opgave dan er te komen. Het succes van de afgelopen jaren werd geëvenaard. Tijdens de Olympische Spelen van Sydney in 2000 behaalde Nederland onder leiding van Maurits Hendriks de Gouden medaille.
Na de Olympische Spelen van 2000 besloot Maurits een nieuwe uitdaging aan te gaan. In 2001 trad hij in dienst bij de Spaanse hockeybond. Eerst achter de schermen, als technisch directeur. In 2002 ging hij aan de slag als bondscoach van het Spaanse nationale herenteam. Het team stond op de 11e plaats van de wereldranglijst en zoals Maurits Hendriks het zelf verwoordde: “Ze spraken letterlijk en figuurlijk niet dezelfde taal.”
Twee jaar lang reisde Maurits Hendriks stad en land af om inzicht te krijgen in de verschillende culturen van Spanje. Uiteindelijk resulteerde dit in het winnen van de Champions Trophy in 2004, de Europese titel in 2005 en een zilveren medaille op de Spelen van Beijing in 2008.
Eind 2008 werd Maurits Hendriks benoemd tot de opvolger van Charles van Commenee als technisch directeur van NOC*NSF. Tevens werd Maurits benoemd als Chef de mission voor de Olympische Spelen van Londen in 2012 en Sochi in 2014.